Games kunnen goed ingezet worden als stimulator voor verandering en om medewerkers te motiveren tot optimale prestaties, effectief samen te werken en tot nieuwe inzichten te komen.
Een goede game zit als volgt in elkaar:
- een te bereiken doel;
- uitdaging, problemen die overwonnen moeten worden;
- de acties die de speler kan nemen;
- feedback op de acties.

Een game is dus niets anders dan een werksituatie, vormgegeven op een gesimplificeerde wijze. Het kan een rollenspel zijn, of meerdere. Er moeten doelen/resultaten bereikt worden en het gaat nooit vanzelf, er zijn altijd obstakels. Vervolgens is er een scala aan acties mogelijk om tot het doel te komen. Tenslotte de feedback: waren de acties juist, kan het anders, wat kan men hier van leren.

De kracht van games is dat de deelnemer op een leuke manier kan leren over zichzelf. Men kan zeggen: ‘het is maar een spel’. Ja, dat is zo, maar de praktijk leert dat het gedrag in een game niet veel verschilt van dat in de normale werksituatie. Wel kan er soms gedrag naar boven komen, dat men anders niet laat zien. Hierbij kan een rol spelen, dat er sociale opvattingen zijn over gedrag op het werk en gedrag in een game. Dit geeft weer goede aanknopingspunten voor een gesprek.

Bij voorkeur is de game leuk, zit er humor in en voelt men zich veilig om er vol voor te gaan. Uit onderzoek is namelijk naar voren gekomen, dat men het beste leert in situaties waaraan positieve emoties gekoppeld zijn.

Voor tips hoe een game te ontwikkelen: Gamification van Bart Hufen.